Er zijn stellen die tegenover me zitten met een glanzende map. Niet zomaar een map, maar één waar ik bijna handschoenen voor aan wil trekken. Alles gelabeld. Alles geprint op 120 grams papier. Tabbladen in regenboogvolgorde. Hun scheiding is nog niet eens rond, maar de kleurcodes zijn dat wel.
De ene partner schuift de map naar voren met een zelfverzekerde glimlach. De ander kijkt erbij alsof hij of zij zich net gerealiseerd heeft dat ze eigenlijk in een relatie met een projectmanager zaten. Een project waar de menselijke kant langzaam maar zeker onder de plaknotities verdween.
Perfectionisme als stille saboteur
Perfectionisme klinkt altijd zo nobel. Je wilt het goed doen. Voor jezelf. Voor de ander. Voor de kinderen. Maar in een scheiding kan die drang naar perfectie een sluipmoordenaar zijn.
Niet alleen voor je gezondheid – migraine, spanning, slapeloze nachten – maar ook voor de relatie die je ooit samen had, én de manier waarop je uit elkaar gaat.
Want terwijl de perfectionist streeft naar het foutloze convenant, het ideale ouderschapsplan of de perfecte verdeling van de spullen, sluipt er iets anders binnen: stress. Chronisch. Dat soort stress waar je lijf nooit meer even van kan herstellen.
En stress maakt dat je in de mediationtafelgesprekken niet meer echt luistert, maar checkt of de komma’s op de juiste plek staan.
De ironie van perfect willen scheiden
Het wrange? Perfectionisme is vaak een roep om verbinding – ‘Zie mij, waardeer wat ik doe’ – maar in de praktijk duwt het mensen juist verder uit elkaar. In een scheiding betekent dat dat je soms geen ruimte meer hebt voor de rafelrandjes die erbij horen:
- De slordige emoties van je ex
- Het ongemak van de kinderen
- Het feit dat afspraken soms in de praktijk anders lopen
Perfectionisten vermijden vaak situaties waarin ze niet zeker weten of ze goed genoeg zullen zijn. Dat betekent ook dat ze tijdens het scheidingsproces soms geen ruimte laten voor nieuwe, creatieve oplossingen. Want ja, wat als die niet in één keer perfect zijn?
Als mediator zie ik het gebeuren
Ik herken de patronen. De self-oriented perfectionist die alles zelf wil doen, en de ander op afstand houdt ‘omdat die toch niet zo precies is’.
De socially-prescribed perfectionist die denkt dat de buitenwereld een foutloos plaatje verwacht en daardoor geen echte emoties laat zien.
En de other-oriented perfectionist die vooral bezig is met wat de ander fout doet, en dat in detail kan benoemen.
Alle drie even menselijk. Alle drie even vermoeiend – voor henzelf en voor iedereen eromheen.
Loslaten is ook een prestatie
Wat ik perfectionisten vaak probeer mee te geven: in een scheiding is goed genoeg soms écht goed genoeg.
Je hoeft niet het perfecte ouderschapsplan te hebben dat tot op de minuut klopt. Je hoeft niet elk meubelstuk een gecertificeerd taxatierapport te geven. Je hoeft niet alles zelf te dragen.
Sterker nog: je lichaam, je kinderen en je toekomstige zelf zullen je dankbaar zijn als je af en toe kiest voor ademhalen in plaats van controleren.
En weet je? In al mijn jaren als mediator heb ik één ding geleerd: het is vaak in de kleine, imperfecte momenten dat er echte verbinding ontstaat. Niet in de perfecte map.